Dag 2: Eerste ziekenhuis-dag
Door: Jet
Blijf op de hoogte en volg Jet
19 Maart 2019 | Gambia, Lamin
Vandaag dan de eerste officiële dag in het ziekenhuis. Gisteravond douchen was nog een heel avontuur. Toen ik het lullige koude straaltje van de douche aan had gekregen, stroomde overal zand en modder vanaf. Altijd lekker na zo’n lange dan. Morgen maar even een emmertje met sop toveren om het in ieder geval wat schoner te maken. Het douchegordijn durf ik nu niet eens aan te raken haha, bang welke beestjes er nog meer uit komen. Redelijk fris toch aardig geslapen. Om 6.40u ging de wekker. Hierna volgde de eerste stappen buiten de hekken van het Lamin Health Centre. Iedere ochtend moet er namelijk even brood gehaald worden bij het winkeltje om de hoek. Dit is super dichtbij en loopt langs ons uitzicht: de vuilnisbelt met allemaal geiten en kinderen erop en een begraafplaats, die er achter ligt. Na het snelle ontbijtje trokken we ons witte pak aan en verzamelde we moed om naar beneden te gaan. We liepen eerst een rondje met Rianne langs de bedden, zij verzamelde informatie over de patiënten. Op het moment liggen er voornamelijk kindertjes met de beentjes in het gips en een soort stok er tussen verbonden. Vandaag is voornamelijk een observatie dag, waarin we ons denk ik nog een beetje koest moeten houden, dus alle vragen bewaar ik nog even. Aan het einde van de visite voelde ik me ineens heel duizelig en misselijk worden. Ik vermoed dat het de bijwerkingen zijn van de malariatabletten. Na over te geven en even mijn rust te pakken boven ging het wel weer, maar een beetje shaky. Toch maar weer aan de gang, Esmee had inmiddels de taak gekregen om vandaag een van de verpleegkundigen Fatou te observeren. De meeste verpleegkundigen hebben hier geen opleiding gehad, maar zitten gewoon al lang in het vak. Fatou heeft de rol om de male en female ward te verzorgen. Dit houdt denken we in ieder geval de controles en de bedden verschonen in. Fatou heeft echter een soort schoonmaak-tik en hield zich liever daar mee bezig. We namen met z’n drietjes de bedden af, de deliveryroom en de emergency room. Allemaal op zeeer rustig tempo. Op een gegeven moment stuurde Simone, Fatou naar de losliggende kamer op het terrein waar een man lag met verschillende decubitus wonden. Hiervoor moesten we verband zoeken, dat was al een hele uitdaging. Fatou had ook een bijzondere manier voor het verzorgen van deze wond. Voor de medische mensen onder ons, alleen een laagje Mepitel, zonder bovenlaag. En ook liever less then more. Ook het draaien bij decubitus konden we haar nog bijbrengen. Iets later konden we helpen in de Emergency room waar een man continu lag te braken. Hier moest een infuusje geprikt worden, een andere sister konden we assisteren. Verder hebben we vandaag vooral gezien hoe het allemaal werkt in het LHC. De mensen komen binnen en melden zich aan bij de registratiebalie. Dan nemen ze plaats op de banken in de hal, wachtend tot ze de triage ruimte in mogen. In de triagekamer zit een verpleegkundige (althans, ongediplomeerd opnieuw) die de controles doet (temperatuur, saturatie, bloeddruk, pols en gewicht). Ook vraagt ze de klachten uit. Dit laatste kunnen wij natuurlijk niet verstaan, maar het observeren van de controles is al een wonderlijk tafereel. We kwamen er al snel achter dat ze weinig doen met de interpretatie van deze metingen. Iemand met een saturatie van 84%, daar denken ze dan niet echt bij na dat dat erg laag is. Ook tijdens het doen van de controles van de patiënts viel ons dit op. Esmee vroeg bij een pols van 144 bij een kind van 3 of dit niet een beetje hoog was. “Nee”, was het antwoord “voor een kind valt dit wel mee”. “Wat is dan een normale waarde?” vroeg Esmee. Na even nadenken antwoordde Fatou dat boven de 160 toch wel zorgelijk was. We keken elkaar vragend aan, van kinderen hebben we toch niet al te veel verstand, maar een pols van 144 lijkt ons voor een kleuter niet echt normaal. Toen viel ons oog op een a4tje achter ons aan de muur. Hierop stonden alle streefwaarden van de metingen bij kinderen van alle leeftijden. 120 per/minuut was toch wel een beetje de max. voor deze leeftijd. Ons vermoeden klopte dus, dit kindje had een vrij hoge pols konden we aan Fatou leren, hierna vloog ze dan wel weer meteen naar de arts toe (wat misschien ook niet helemaal de bedoeling was want ze zien zo’n 60 patiënten in hun uppie). Tussendoor moest ik steeds weer naar buiten lopen om met mijn hoofd tussen mijn knieën te gaan zitten van de duizelingen. Echt super naar. Hopelijk blijven deze bijwerkingen niet. In ieder geval maar even besproken dat ik ze in de avond ga nemen in plaats van in de ochtend, hopelijk werkt dit beter. De avond is ook de enige echt goede maaltijd op de dag, want overdag lijkt er haast geen tijd voor (genomen). Tegen het einde van de dag was Simone nog een hand aan het repareren. Een schoolmeisje had een flinke jaap in haar hand door een stuk glas. De spier moest terug gestopt worden met de huidlaag er weer over heen. Na even geassisteerd te hebben met een telefoon met zaklamp ging het helaas weer mis en werd ik weer kneiter duizelig. Beter blijft dit niet zo.
Ik besloot dan ook om maar even te gaan lunchen boven, het was tenslotte al weer 14.15u. Annemieke zei ook dat het verstandiger was om niet meer naar beneden te gaan na de lunch (shift duurt tot 14.30u). Alleen Esmee ging hierna nog even terug om een bloedsuikertje te prikken. Die heeft nog nergens last van en slikt de pillen in de avond. Fingers crossed!
Na wat rusten, mijn badkamer onder handen genomen en meteen maar even gedouched voelde ik me al weer wat beter. Die badkamer was trouwens nog een dingetje. Er was welgeteld één smerige emmer te vinden, geen warm water en een beetje afwasmiddel. Toch goed gekomen! Esmee en ik besloten om maar even wat van de omgeving te gaan verkennen. Het went toch allemaal wel een beetje, want gister durfde we net aan de trap af naar het ziekenhuisje. Overal zijn de wegen van zand. Er loop door heel Gambia één grote geasfalteerde weg. We kamen uit op de grote weg. Van Annemieke hadden we gehoord dat naar rechts een mini supermarkt zat dus daar gingen we naar opzoek. Een heleboel kwamen we tegen, maar geen supermarktje. Overal wordt je ook nageroepen met Toubab (wit mens). Tot nog toe allemaal wel erg vriendelijk. Ze willen vooral vrienden met je worden, uiteindelijk met als doel natuurlijk financiële ondersteuning. Met overal vuilnis, chaos en zand liepen we langs de weg. Op een gegeven moment besloten we maar om te keren, want hier zat toch geen winkeltje meer? We vroegen het nog aan de eigenaar van een natuurreservaat en hij verwees ons inderdaad de andere kant op. Na nog een minuut of 10 wandelen kwamen we inderdaad bij steeds meer kleine winkeltjes aan. Hier was het ook aanzienlijk drukker op straat. We scoorde een zeeppompje, wat koekjes en een zakje chippies en waren vooral heel trots op het trotseren van deze culturele shock. Terug liepen we nog 2x verkeerd waar we bij een school aankwamen, ook opgericht door de stichting kinderen van Lamin. Iedereen wilde hier ons aanraken en een aantal vroegen we of ze 100 Dalasi konden geven om een voetbal te kopen. We draaide weer om en kwamen uiteindelijk weer veilig aan bij het Health Centre. Opgelucht dat we het zelf weer hadden gevonden. Lissa zette om 20u weer een maaltijd voor ons op tafel. Rijst met een saus gemaakt van pinda’s met wat garnaaltjes erdoorheen. De naam ben ik vergeten, maar het was echt Gambiaans. ’s Avonds nog even op de bank ontspant en toen lekker naar bed gegaan. Morgen weer een nieuwe dag, waarin voor waarschijnlijk een van ons nog een bezoekje aan een ander ziekenhuis op de planning staat. Een van de opgenomen meisjes heeft namelijk een enorm ruimte innemend proces in haar hoofd. Dit kan ofwel van een tumor zijn, ofwel door Tuberculose. Ze moet in ieder geval bloedonderzoek laten doen en door een röntgenscan en dat is hier niet mogelijk.